SV | Hij zond Mozes, Zijn knecht, [en] Aaron, dien Hij verkoren had. |
WLC | לַח מֹשֶׁ֣ה עַבְדֹּ֑ו אַ֝הֲרֹ֗ן אֲשֶׁ֣ר בָּֽחַר־בֹּֽו׃ |
Trans. | šālaḥ mōšeh ‘aḇədwō ’ahărōn ’ăšer bāḥar-bwō: |
Hij zond Mozes, Zijn knecht, [en] Aaron, dien Hij verkoren had.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
Hij zond Mozes, Zijn knecht, [en] Aaron, dien Hij verkoren had.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!